Is onze vleesconsumptie oorzaak van alles?
In het Volkskrant artikel "Wacht niet op anderen, stop zelf met vlees" Roept Roos Vonk, gedreven door haar betrokkenheid met de dieren in de bio-industrie, het publiek op te stoppen met de vleesconsumptie. Zij ziet de vleesconsumptie als oorzaak voor zowat alle wereldse problemen. Ze benoemt; uitstoot, stikstof, natuurschade kortom de planeet. De meest actuele onderwerpen van dit moment. Zonder problemen had ze aan dit lijstje hongersnood, watergebruik, broeikasgassen, volksgezondheid etc. kunnen toevoegen.
Maar hoe zit het nu eigenlijk met onze consumptie van dierlijke voeding in relatie tot deze grote thema's? Laten we in de oorzaak gevolg relatie achteraan beginnen. Waarom eten we überhaupt vlees?
De vleesconsumptie
De mens is een omnivoor. Elk zoogdier heeft zijn specifiek voedingspatroon. Als jager verzamelaar bestond het dieet van onze voorouders uit zowel dierlijk als plantaardig voedsel. Het aandeel van vette dierlijke eiwitten maakte zelfs meer dan 60% van het dieet uit. Met dit dieet hebben we ons gevoed vanaf de ontstaansgeschiedenis zo'n 250.000 jaar geleden tot ongeveer 6.000 voor Christus. In onze regio tot zelfs enkele duizenden jaren later.
In Mesoptamië, China en de Indusvalei zijn zo'n 6000 jaar geleden de eerste beschavingen ontstaan uit kleine nederzettingen. Ze hadden geleerd granen te veredelen en irrigatiewerken uit te voeren. Een boer kon meerdere monden tegelijk voeden en een groot deel van de bevolking werd hierdoor vrijgespeeld om andere (vaak militaire) taken uit te voeren. Toen al werd het landschap ingrijpend aangetast. Men vermoedt zelfs dat het plotseling verdwijnen van de Indus beschaving een rechtstreeks gevolg is van de ontbossing en de daarop volgende droogte.
Sindsdien is het aandeel koolhydraten en plantaardige oliën in onze voeding alleen maar toegenomen. Sinds WOII wordt het gebruik van koolhydraten en plantaardige oliën zelfs actief gepromoot door onze overheid. De landbouw had immers meer mogelijkheden om alle monden te voeden dan de veeteelt. Dit neemt niet weg dat onze genen schreeuwen om een dieet met veel proteïnen van dieren en vezels met een hoge voedingswaarde uit groenten. Het is geen toeval dat na WOII het aantal welvaartsziekten schrikbarend toenam. Er is namelijk wel degelijk een verband tussen ons veranderde voedingspatroon en de welvaartsziekten obesitas, hart- en vaatzieken en diabetes. Het aantal patiënten groeit nog steeds en houdt gelijke tred met onze inname van geraffineerde koolhydraten en spijsoliën. Deze zetten ons lichaam er toe aan reserves op te slaan. Bovendien werken koolhydraten verslavend. Mensen die lijden aan obesitas bijvoorbeeld weten maar al te goed dat ze zich niet moeten volstoppen met nog meer koolhydraten en vet, maar hun lichaam schreeuwt om meer.
Een goed gebalanceerd dieet gebaseerd op zowel dierlijke als plantaardige voeding past het best bij ons. Het aandeel geraffineerde koolhydraten uit granen en vetten/olieën uit zaden zouden we vanuit gezondheidsoogpunt het best flink terugschroeven. Spijsolie en alle vleesvervangers behoren tot deze categorie. Aanhangers van het paleo dieet willen zelfs de klok compleet terugdraaien Dit kan natuurlijk ook weer niet, want onze dieren leven niet meer op de uitgestrekte vlaktes.
Het advies van Roos Vonk aan haar lezers om compleet te stoppen met vleesconsumptie is op zijn minst onverstandig en misschien zelfs wel gevaarlijk voor de volksgezondheid. Hoe sympathiek ook dat ze dit doet vanuit haar betrokkenheid met de dieren in de bio-industrie, als wetenschapper zou ze zich meer op de feiten moeten richten, alvorens ze een dergelijk verstrekkend advies aan haar lezers geeft.
De vleesproductie
Een belangrijke drijfveer van Roos Vonk in dit debat is hoe dieren in de bio-industrie behandeld worden. Regelmatig vergelijkt ze die met haar persoonlijke situatie als mens. Ook schroomt ze er niet voor om een vergelijk te maken met de Holocaust. Sprekend is dat ze de film March of the Pinguins 2 niet kan aanzien vanwege het leed dat deze dieren moeten doorstaan in hun evolutionaire leefwijze. In haar compassie met dieren draaft ze door zodat geen enkel debat meer mogelijk is. Dierenleed is allesomvattend geworden in haar existentie. Het moet stoppen en wel nu! In de psychologie bestaat er ongetwijfeld een indicatie voor deze ziekte die Roos vast wel bij naam kan noemen.
Onze bio-industrie is een direct gevolg van het naoorlogse beleid. Ons land heeft flink geleden in de hongerwinter en de algemene reactie was dit nooit weer. Nederland heeft zich sindsdien altijd ingespannen voor Europese samenwerking eerst op bescheiden schaal met de Benelux en later via de EEG wat nu geëvolueerd is naar de Europese Unie. Het naoorlogse voedselbeleid was erop gericht dat de boeren ook in slechte jaren voldoende voedsel zouden produceren. De wereldmarkt was nog in ontwikkeling. Dit betekende dat in goede jaren er een flinke overproductie was. De overheid kocht deze voorraden op tegen een gegarandeerde minimum prijs. Uit deze tijd stamt het doordraaien van bijvoorbeeld tomaten, maar ook het ontstaan van de boterberg en melksloot. Nederland speelde hierin een niet onverdienstelijke rol. Inmiddels is de wereldmarkt volledig ontwikkeld. Alles is nu het gehele jaar rond verkrijgbaar. Onze boeren moeten concurreren met hun collega's in de VS, Brazilië, Kongo, Rusland, noem maar op. Ook nu doen ze dat nog steeds niet onverdienstelijk. Niet voor niets kopt National Geographic al in 2017 "This tiny country feeds the world"

De Nederlandse boer kan dit op zowat het duurste plekje van de wereld alleen rond krijgen als hij op alle fronten optimaal presteert. Dit geldt voor de voerproductie, watergebruik, CO2 uitstoot, mestverwerking en ook dierenwelzijn. Niet omdat wij dit zo graag willen maar omdat het voorbestaan van zijn bedrijf ermee gemoeid is. In de drang om behoud van het familiebedrijf moet de Nederlandse boer meespelen op de wereldmarkt. Hierbij heeft de Nederlandse boer zich gewend tot technologische vernieuwing en innovatie. Wereldwijd zijn zij toonaangevend met de universiteit van Wageningen voorop. De resultaten liegen er niet om; bijvoorbeeld 90% reductie van watergebruik en 60% reductie van antibiotica.
Ongelooflijk hoe de Nederlandse boer in dit kleine landje zijn hoofd boven water heeft weten te houden. Dit heeft echter ook een keerzijde. Door de enorme toename in efficiency is de productie uit de pan gevlogen. Het overgrote deel van onze productie wordt geëxporteerd. Een dergelijke intensiviteit kan niet zonder gevolgen blijven voor de omgeving. Kortom de Nederlandse Boer levert een wereldprestatie maar op nationaal niveau zijn er gewoonweg teveel superboeren. Hoe hiermee om te gaan is de uitdaging voor het komende decennium. Veel meer tijd zal er niet zijn, gezien alle klimaatverdragen en -akkoorden. Met het eenvoudig saneren van de veeteelt zijn we er niet. Productievolumes in het buitenland nemen dan ongetwijfeld toe en indien dat niet onder de Nederlandse omstandigheden plaatsvindt zal het dierenleed, de milieubelasting, het watergebruik en de klimaatuitstoot alleen maar toenemen.
Veevoerproductie
Op dit moment wijst Roos geheel ten onrechte nogal fors richting onze boeren wanneer het gaat om de Amazone branden. Nederland is dankzij haar ligging een zeer grote importeur op de wereldmarkt en exporteur naar de rest van Europa van producten uit oliehoudende zaden. Van veel van deze producten is de herkomst onbekend, behalve de soja die bestemd is voor veevoer. Deze soja is volledig RTRS (Round table on responsible soy). Daarbij komt nog dat de soja in veevoer een restproduct is van de spijsolie productie. Met andere woorden zonder sojaolie geen soja import en dus ook geen sojameel in veevoer.
De priemende vinger van Roos richting onze boeren is daarom onterecht en schadelijk voor het debat rondom de Amazonebranden. Haar motivatie wordt ongetwijfeld gedreven door haar compassie met de dieren in de bio-industrie echter deze houding in het debat is een wetenschapper onwaardig. Stoppen met vlees zal geen enkele brand voorkomen wereldwijd. Stoppen met Sojaolie en andere sojaproducten zoals Sojamelk en vleesvervangers wel. Deze laatsten maken inmiddels 10% van de wereldmarkt uit en zijn nog steeds niet net als veevoer volledig RTRS.
Maar laten we eens bijvoorbeeld kijken naar de praktijk van de melkveehouderij. De Nederlandse melkkoe is een top dier dat enorme hoeveelheden voor ons onverteerbare producten omzet in hoogwaardige voeding. Recycling optima forma van onze reststoffen. Stel je eens voor dat we alles zouden verbranden of in de grond steken welk een milieu probleem zouden we dan veroorzaken? Over de verzorging van dit topdier kan veel gezegd worden, maar een ding is wel zeker, zo goed als hier is het nergens.
Het klimaat
In het klimaatdebat wijst Roos opnieuw naar de boeren. Of het nu de amazone branden zijn waarbij enorme hoeveelheden CO2 vrijkomen, of de CO2 uitstoot gelinkt aan het boerenbedrijf zelf, het maakt haar niet uit. Klimaatverandering is de schuld van die smerige boeren die ook al het dierenleed veroorzaken.
Daartegenover staat bijvoorbeeld de Nederlandse melkveehouderij met de kleinste footprint wereldwijd. Zelf denken ze nog een reductie te kunnen bereiken van minimaal 2,6 megaton CO2-eq. Dit is behoorlijk wat meer dan de 0,8 megaton die in de hoofdlijnen van het klimaatakkoord is voorzien. in 1990 werd nog 1,45 kilo per kilo melk uitgestoten. Nu ligt dit gemiddelde op 1,15 kg en de beste bedrijven scoren zelfs 0,8 kg.
In de Nederlandse varkenshouderij is het al niet veel anders. Vergeleken met vijftig jaar geleden hebben we nu voor een kilo varkensvlees 20 procent minder land, 60 procent minder water en 65 procent minder voer nodig. De uitstoot aan CO2 per kilo varkensvlees is 4,5 kg. Ter vergelijking. De uitstoot CO2 van een kilo Braziliaans rundvlees is 59 kg.
Daarnaast schroomt de Nederlandse boer er niet voor meer verstrekkende doelen te stellen. Samen met de overheid streven ze naar klimaat neutraal in 2050 door sluiten van productiekringen. Onderwijl gaat de regulering rondom dierenwelzijn en milieu gewoon door.
De stikstof depositie (aanvulling 19 sepr 2019)
Haagse partijen wijzen ook nu ook weer naar de veehouder als veroozaker van de CO2 depositie in onze kwestbare natuur. Door de aanwijzing van specifieke habitat typen als Natura 2000 gebieden is onze natuur extra kwestbaar geworden. Habitat typen die hier niet eens thuishoren, maar dat is een heel andere discussie. Met mijn artikel "Natuurbeheer gijzelt Nederland" ga ik hier dieper op in.
Allereerst; op de keper beschouwd is de amoniak uitstoot door onze veehouderij de enige legitieme stikstofdepositie. Alle andere vormen zijn namelijk niet van biologische oorsprong. NOx komt vrij bij de verbranding van fossiele brandstoffen. Daarnaast rijden we jaarlijks 350.000 ton kunstmest uit op onze landbouwgebieden. Maar liefst 25% van ons industriele aardgasgebruik gaat hieraan op. Het bovenstaande staatje laat zien, dat wanneer we stoppen met kunstmest overbemesting van de baan is. Regelegeving in de landbouw heeft tot deze kromme situatie geleid.
Wanneer alle klimaatplannen doorgaan zullen we onze veeteelt nog hard nodig hebben om onze akkergronden nog een beetje van mest te kunnen voorzien. Het voordeel van natuurlijke mest is bovendien dat de bodem wordt voorzien van een breed spectrum aan sporenelementen waardoor bodemuitputting voorkomen wordt.


Reacties
Een reactie posten